Renteontwikkeling

De afgelopen jaren is de rente fors gestegen. Het rentebudget is hiervoor verhoogd in de Perspectiefnota 2024-2027 en de Begroting 2024. Op basis van de huidige uitgangspunten kunnen de rentelasten van de geplande investering worden voldaan. Voor het verloop van de rentelasten verwijzen we naar de tabel bij het onderdeel financieringsportefeuille.

Bij de Perspectiefnota 2025-2028 is de interne rekenrente bepaald op 1,4%, dit is een stijging van 0,1% ten opzichte van vorig jaar. De stijging van de rekenrente volgt op de ontwikkeling van de rente voor het aantrekken van (lang) vreemd vermogen in combinatie met de verwachte toename van de schulden.

Met ingang van de begroting 2025 is de methode van rentetoerekening toe te rekenen aan de grondexploitaties gewijzigd in verband met nieuwe BBV-regels . Deze werd bepaald op de verhouding vreemd vermogen en totaal vermogen en het gemiddelde rentepercentage van de leningenportefeuille. De rente voor grondexploitaties 2024 was 1,04%. Deze wordt nu bepaald op basis van de rekenrente, dus 1,4%, een stijging van 0,36%. Zoals in de jaarrekening aangegeven heeft dit met name een grote impact op de verliesvoorziening van Groote Haar. Hiervoor is in de tussenrapportage 2024 een storting in de voorziening opgenomen.